Hanger "Mijn getemde koning"
1995 - 1995
Georges Cuyvers wilde een poëtisch juweel maken door enkel metaal samen te smelten en met een minimum aan bewerkingen. Het resultaat is een ronde schijf van 100 gram geel goud, bezet met 102 briljant geslepen diamanten (totaal 1,08 ct), opgehangen aan een rubberen halssnoer. Het goud werd gesmolten in een kroes in de vorm van een brood. In vakjargon een ‘koning’. Door te hameren kreeg het ronde, dikke gietsel zijn definitieve vorm. Door herhaaldelijk en iets te lang opwarmen en afkoelen van het goud ontstond een zichtbare kristalvorming. Georges Cuyvers heeft bewust het centrale deel van het juweel feller blootgesteld aan de hitte, waardoor de kristalvorming sterker is en er zelfs barsten ontstonden. Dankzij het aanbrengen van een weinig koningswater (een mengsel van twee delen zoutzuur en 2 delen salpeterzuur) werd het goud deels weggevreten waardoor de kristalstructuur nog zichtbaarder werd. In een volgende stap bedekte Georges Cuyvers de gouden schijf met een mengeling van zouten. Een lichte verhitting etste het bijmetaal weg. Het resultaat van deze 17de eeuwse techniek is een juweel met een zuivere goudkleur. Finaal klopte de ontwerper letterlijk de diamanten langs achter in open zettingen. Door te hameren werden ze geklemd in het materiaal. Aan de voorzijde zijn de zettingen afgeschuind. Het resultaat is een halsjuweel waarin Georges Cuyvers kennis, kunde en materiaalgevoel combineerde in een poëtisch juweel en hierbij moeiteloos verschillende technische barrières doorbrak. Zijn getemde koning dus (bron: document collectie-overzicht schatkamer I).
Opmerking: Zie je een foutje? Of heb je extra informatie over dit object? Laat het ons weten!